Ga naar hoofdinhoud

Heimelijke opnames werknemer: hoe oordeelt de rechter?

Heimelijke opnames werknemer

Werkgevers worden steeds vaker geconfronteerd met heimelijk opgenomen gesprekken. Niet in de laatste plaats wordt dit veroorzaakt door de eenvoudige opnamefunctie waarover smartphones tegenwoordig beschikken. Dat bleek onlangs maar weer eens in een uitspraak van de Rechtbank Rotterdam.

Feiten

De werknemer in de zaak die speelde had van zijn werkgever een formele waarschuwing vanwege het niet naleven van instructies ontvangen. Later ontving de werknemer een tweede officiële waarschuwing omdat hij zich negatief uitliet tegenover andere medewerkers.

De werknemer bekende vervolgens in een functioneringsgesprek aan zijn werkgever dat hij al 1,5 jaar gesprekken met het management, leveranciers en medewerkers opnam en dat hij daarin relevante informatie had verzameld voor een eventuele rechtszaak, kortom een dossier had willen vormen.

De werknemer werd geschorst en de werkgever verzocht om ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens onder meer een verstoorde arbeidsverhouding.

De algemene lijn voor het heimelijk opnemen van gesprekken

Op grond van het strafrecht is het in principe toegestaan een gesprek op te nemen, ook al weet de andere deelnemer van het gesprek niet dat het gesprek wordt opgenomen. De opnemende partij dient dan wel zelf deelnemer te zijn in het gesprek. Indien een werknemer bijvoorbeeld een beoordelings- of functioneringsgesprek (heimelijk) opneemt, is dit dus niet strafbaar. Ook op basis van de privacywetgeving hoeft de werknemer géén toestemming te hebben van de werkgever voor het opnemen van gesprekken. Vraagt de werknemer wel toestemming op opnamen te maken, dan kan de werkgever dat in principe niet weigeren.

(Heimelijk) opgenomen gesprekken kunnen – ook al zijn ze onrechtmatig opgenomen – in de meeste gevallen als bewijs in een civiele rechtszaak gebruikt worden. In het civiele procesrecht geldt de vrije bewijsleer. Pas als er sprake is van bijvoorbeeld een ernstige inbreuk op de privacy van de werkgever, dan dient de rechter de gespreksopname alsnog buiten beschouwing te laten. De lat daarvoor ligt hoog.

Uitspraak

De rechter herhaalt in zijn uitspraak de algemene lijn voor het maken van heimelijk opnames en stelt dat sprake is van een ernstige verstoring van die relatie. Volgens de kantonrechter had de werknemer het opnemen van de gesprekken ingezet als dreigmiddel jegens zijn werkgever. Hij had geen excuses aangeboden voor het dreigement en hij had zijn dreigement niet herroepen. De rechter overweegt dat het feit dat de werknemer al gedurende meer dan een jaar opnamen maakt getuigt van een grote mate van wantrouwen naar de werkgever zonder ook maar op enig moment melding van die gevoelens te maken.

De kantonrechter wijst het ontbindingsverzoek van de werkgever toe vanwege de verstoring van de relatie.

Schenden vertrouwensrelatie/slotsom

Het maken van heimelijke opnames kan sterk bijdragen aan het ontstaan van een schending van het vertrouwen tussen werkgever en werknemer, ook al is het maken van die opnamen juridisch in principe toegestaan. Dat blijkt (niet voor het eerst) uit de hiervoor besproken uitspraak. De rechter weegt in zijn oordeel uitdrukkelijk mee dat door de werknemer meer dan een jaar heimelijk opnamen zijn gemaakt en dat dit heeft geleid tot het ontstaan van groot wantrouwen. Verstoorde relatie dus en op die grond reden om het ontslag toe te wijzen!

De arbeidsrechtadvocaten van MARK Advocaten staan u graag deskundig bij.

Jurgen Hooymayers, Diederik Snelder, Jan van Gool

De uitspraak van de Rechtbank Rotterdam is te vinden onder de navolgende link: https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBROT:2018:1169

Back To Top